John Westland's Muziekpaleis
home
geschiedenis
radiostations
playlijsten
citaten
Hotels
links
e-mail
EditRegion4
COLUMN De heilige koe November

Oh wat zijn we allen trots op ons vervoermiddel. Dit stukje kleinood wordt verzorgd en verwend dat het een lieve lust is. Niets is de autobezitter te veel om het zijn vervoermiddel naar de zin te maken. Na de aanschaf van de nieuwe auto wordt deze minstens eenmaal per week tot in de puntjes toe gewassen. Een beetje autobezitter laat de auto ook niet buiten staan, maar plaatst deze in een heerlijk droge en verwarmde garage. De auto wordt verwend met de beste benzine en de beste olie en minstens een keer per jaar gaan we naar de autodokter voor een volledige check up. De autodokter geeft ons advies over hoe het vervoermiddel te behandelen en te verzorgen zodat we er optimaal van kunnen genieten. Ook zorgen we er voor dat de auto qua carrosserie en qua motor het niet te zwaar te verduren krijgt. Het statussymbool de auto moet altijd tot in de puntjes verzorgd zijn om ons een jaar of 5 lang te brengen naar de plaatsen waar we naartoe willen. Na 5 jaar nemen we afscheid van de auto en kopen ons een nieuwe die we daarna met veel zorg gaan behandelen. Ja, we zorgen goed voor ons vervoermiddel.

 

Hoe anders is het gesteld met ons vervoermiddel voor onze ziel, namelijk ons lichaam. Dat heeft het heel wat zwaarder te verduren. Het regelmatig wassen van dit vervoermiddel gebeurd over het algemeen nog wel, maar voor de rest is alle overeenkomst met dat andere vervoermiddel, de auto, ver te zoeken. De brandstof die we in het vervoermiddel van de ziel gooien is niet zo zuiver; vet, suikers, nicotine, alcohol en allerhande rommel wordt in grote hoeveelheden op de meest onverwachte tijdstippen naar binnen gegooid. Dit vervoermiddel geven we ofwel te veel ofwel te weinig beweging. Om tot rust te komen gooien we er chemicaliën in en om prestaties te leveren gooien we weer andere chemicaliën naar binnen zonder rekening te houden met de effecten op lange termijn. Naar de dokter gaan we alleen als we iets mankeren en slikken dan de pilletjes voor zoete koek zonder na te denken of we misschien niet beter de oorzaak aan kunnen pakken. Deze dokter adviseert ons niet om ons eigen vervoermiddel in goede conditie te houden, hij lapt het huidige probleem op en dat was het dan weer. Als het vervoermiddel echt begint te slijten, zijn er altijd weer wel middeltjes om het aan de gang te houden. Mocht het vervoermiddel van de ziel versleten zijn, dan hebben we echt pech. Een nieuwe kunnen we niet kopen.

Onbegrijpelijk dat we het vervoermiddel waar we aan vast zitten en ons hele leven mee moeten doen zo slecht behandelen, terwijl de vervangbare auto door ons in de watten wordt gelegd.

 
COLUMN De beurs is emotie Oktober

De beurs is emotie, en dat was nu net niet de bedoeling. Het spreekwoord zegt al dan angst een slechte raadgever is en euforie is over het algemeen een nog slechtere raadgever.

De eigenlijke bedoeling van de beurs is om bedrijven geld te laten lenen van mensen en in ruil daarvoor diezelfde mensen te laten participeren in het bedrijf door middel van zeggenschap. Als je gelooft in een bedrijf en hun product of dienst, dan kan je ze financieel steunen om er voor te zorgen dat ze hun activiteiten kunnen uitvoeren en als dank krijg je dan jaarlijks je deel in de winst, zeggenschap en een waardepapier dat hopelijk steeds meer waard wordt. Op zich een mooi systeem, alleen jammer dat de mens geen geduld heeft en meestal maar één diepere wens heeft; zo snel mogelijk zo veel mogelijk geld zien binnen te krijgen en liefst met een minimum aan inspanning. Deze menselijke eigenschap heeft de beurs gemaakt tot wat ze nu is, een instrument om heel snel veel geld rond te pompen. Dit leidt voor sommigen tot grote winsten en voor anderen tot grote verliezen. De beurswaarde van een bedrijf heeft al lang niet meer te maken met de werkelijke waarde van een bedrijf. Een gerucht kan een bedrijf binnen korte tijd “groot” maken, maar kan ook een bedrijf op één dag van een florerend bedrijf laten verworden tot een in nood verkerend bedrijf.

We herinneren ons nog de Internethype, waarbij bedrijven die in werkelijkheid niets waard waren ineens bij de top op de beurs behoren. Vandaag de dag zien we het omgekeerde gebeuren. En telkens heeft het niets te maken met de werkelijke waarde van het bedrijf en het heeft al helemaal niets te maken met de oorspronkelijke gedachte achter de beurs.

Geldgeile speculanten interesseren zich niet meer voor het bedrijf waar ze aandelen of opties van hebben, het gaat hun uitsluitend nog om de koers. En men doet er alles aan om de koers mede te helpen sturen naar hun eigen wensen om het geldelijk gewin te maximaliseren. Hoe meer speculanten deze tactiek gaan toepassen des te meer worden de fundamenten onder het hart van het economische systeem vernietigd, hoe slechter de fundamenten des te meer het systeem begint te wankelen. Het systeem is te vergelijken met een op zijn punt staande piramide, als je er verder aan wilt bouwen dan zul je geleidelijk maar gestaag moeten doorbouwen, als je te snel wilt gaan of je gaat het fundament aantasten waar de punt op rust, dan stort het hele ding in elkaar. Als je met dergelijke systemen emotioneel omgaat en niet rationeel, dan vernietig je het systeem. Daarom wordt het tijd dat de beurs weer eens terugkeert naar zijn oorspronkelijke taak en de bijkomende producten (die meestal ontworpen zijn voor de korte termijn denkers) gaat herbezien. De dagen worden dan minder spannend op de beurs, de pieken zullen niet meer zo hoog zijn, maar de dalen ook niet. In elk geval slapen we dan allemaal een stuk rustiger.

 
COLUMN Vakantiegevoel September

Vrijdagmiddag 17.00 uur, eindelijk vakantie. Na de drukte van het afgelopen jaar ben ik aan rust toe dus als de wiedeweerga naar huis.

Vrijdag 18.00 uur, thuis eerst eten en daarna vlug de koffers inpakken. Niets vergeten? Nog even langs de buren om ervoor te zorgen dat de brievenbus geleegd wordt.

Vrijdag 20.00 uur, ’s nachts is het rustiger op de weg, dus we vertrekken richting Spanje. Een rit van 20 uur ligt voor ons. Afwisselend rijden en een beetje slapen in de auto.

Zaterdag 20.00 uur, na 24 uur eindelijk op de plaats van bestemming aangekomen, volledig geradbraakt. Vlug inchecken, de kamer opzoeken, een snelle hap en vlug het bed induiken.

Zondag 08.30, aankleden en ontbijten want rond 10.00 uur moeten we aan boord zijn voor een rondtocht op de wateren in de buurt van het hotel. 13.00 Uur, de boot meert aan in een nabijgelegen plaats, precies 120 minuten de tijd om wat eten te verschalken en om ontspannen te shoppen. 19.00 Uur terug in het hotel, lekker eten en om 21.00 uur op het terras voor de animatie. 24.00 Uur eindelijk in bed.

Maandag 08.00, wederom aankleden en ontbijten en een beetje snel want om 09.00 uur komt men ons aan het hotel ophalen voor een safaritocht in het binnenland. Om 18.00 uur geradbraakt terug, even opfrissen onder de douche en om 19.30 uur de vette hap weer naar binnenwerken. Om 21.00 uur is er weer een hele avond animatie. 24.00 Uur eindelijk in bed.

Dinsdag 08.30, aankleden en ontbijten. Vandaag staat er een goedgevulde dag op het programma rond het hotel. ’s Ochtends parasailen, op een banaan achter een speedboot aanhobbelen en kano varen. Om 13.00 uur de lunch, niet te zwaar tafelen van om 14.00 uur verwacht voor een duikinitiatie. Net op tijd terug om om 19.00 uur weer aan de dis te verschijnen. Om 20.00 uur op de kamer om ons op te frissen want we hebben met kenissen afgesproken om rond 21.00 uur in de lokale disco eens lekker uit de bol te gaan. 02.00 Uur ’s nachts eindelijk weer op de hotelkamer.

Woensdag 07.00 uur, met een houten kop opgestaan, de nacht was te kort en de avond te zwaar. Vlug aankleden en ontbijten want om 08.30 uur staat de bus naar Barcelona gereed. Een dag lang winkelen, gebouwen bekijken en drentelen over Las Solas. 22.00 Uur weer terug in het hotel, totaal afgepeigerd.

Donderdag 07.00 uur, ook vandaag weer een goedgevulde dag met een dagtrip naar Montserrat. Vanaf 08.00 uur in de bus voor een reis van een paar uur. De hele dag slenteren in de brandende Spaanse zon en ’s avonds om 23.00 uur terug in het hotel.

Vrijdag 08.00 uur, aankleden en ontbijten. Om 09.30 op de boot aanwezig zijn om voor de kust te gaan duiken. 18.00 Uur wederom terug in het hotel, wassen, omkleden en dineren. Vanaf 21.00 uur weer animatie en bingo. 02.00 Uur eindelijk in de kooi.

Zaterdag 08.00 uur, aankleden, ontbijten en inpakken. Om 11.00 uur uit het hotel en de auto in om de terugweg te aanvaarden. Onderweg veel files, lekke band en een slecht aangegeven omleiding.

Zondag 17.00 uur wederom thuis, vlug wat eten en naar bed, want morgenochtend om 06.00 uur staan er een aantal bouwvakkers aan de deur om de nieuwe keuken te plaatsen. Daar zijn we de rest van de tweede vakantieweek wel mee zoet. Ik zal blij zijn dat ik weer kan gaan werken, ik kan de rust van de dagelijkse hektiek weer wel gebruiken. De tijd dat je kon ontspannen in de vakantie is echt voorgoed voorbij.

 

 

 
COLUMN Het verdriet van België Augustus 2008

Het gaat niet goed met België, dat weet ondertussen iedereen al. De taalstrijd verscheurt het land in tweeën. De Walen willen zelfs al een corridor naar Brussel om niet over Vlaams grondgebied te hoeven als ze naar de hoofdstad moeten en ikzelf betrapte me er al op, toen ik onlangs door Wallonië reed, dat ik me niet op mijn gemak voelde en mij in vijandig gebied waande.
De taalstrijd is niet nieuw, ze is ouder dan België zelf. Al voordat België de onafhankelijkheid uitriep in 1830 werd toenmalig Koning Willem I al geconfronteerd met mensen die elkaar niet konden of wilden verstaan. Bijna 200 jaar later is het probleem er nog, met dit verschil dat aan het begin de Walen het grootste economische belang hadden in België en nu zijn dat de Vlamingen, voor de rest is er niets verandert. Het wachten is tot beide partijen elkaar weer met knuppels te lijf zullen gaan. Zolang er een verschillende taal gesproken wordt zal het land nooit een eenheid worden.
Wat we in België in het klein zien, zien we in Europa in het groot. Alle landen werken samen, maar we blijven hopeloos verdeeld omdat we niet dezelfde taal spreken. Laten we daarom het probleem in België eens op een alternatieve manier aanpakken. De partijen strijden vanwege de verschillende talen, dus moeten we de oorzaak wegnemen. Laat ons besluiten om in heel België één taal te spreken en laten we dan ook direct de keuze maken voor de taal die toch al overal ter wereld wordt gesproken namelijk Engels. Laat de komende generaties opgroeien met Engels als voertaal op school en voer deze taal steeds meer in als officiële taal. Na 4 tot 5 generaties is België helemaal verengelst en kan er van een taalstrijd geen sprake meer zijn. Het Vlaams en het Waals zullen nog geruime tijd als dialect blijven bestaan en zullen mettertijd verdwijnen. Economisch zal het ook een verademing zijn dat niet alles in 3 talen beschikbaar moet zijn en er geen aparte regering moet zijn voor elk deelgebied, maar één overkoepelende regering zoals in elk zichzelf respecterend land. Laat ons de eenheid smeden en voedt uw kind Engelstalig op!
Cultuurminnaars walgen natuurlijk van dit idee, want het cultureel erfgoed dient ten allen tijde beschermd te worden. Deze cultuurminnaars moeten het als een ongelooflijke uitdaging zien om mee te mogen maken wat zo’n ommezwaai teweeg zou kunnen brengen. Cultuur (en taal) is een levend iets dat aan verandering onderhevig is.

Laat ons het proberen en maak van België een Engelstalig land met begrip tussen de mensen van Noord, Zuid, Oost en West. Zonder één taal zal België nooit een land worden. En als het in België zou lukken, dan kunnen we het ook in de EU invoeren. Ik hoop wel dat de zachte Vlaamse klank naar het Engels omgezet kan worden, ik vind die zachte klank nog altijd zo schoon om te horen….
 
COLUMN Een modern sprookje Juli 2008

In een land hier niet zo ver vandaan woonde een meisje dat Roodkapje heette. Ze woonde thuis bij haar vader en moeder aan de rand van het bos. In het bos woonde haar oma in een kleine villa die ze zich eindelijk had kunnen permitteren na een leven lang keihard werken. Haar opa was ondertussen overleden, hij had niet meer van de villa kunnen genieten, want de grote boze ministerwolf had besloten dat de mensen niet meer op 65 jarige leeftijd in pensioen mochten gaan, maar pas veel later. Haar opa had een zwaar beroep en was bezweken op het werk.

Roodkapje werd goed verzorgd door haar moeder, vroeger ging ze naar de kinderopvang, maar dat had de grote boze ministerwolf zo duur gemaakt dat Roodkapje daar niet meer naartoe kon. Haar vader was niet meer zo veel thuis, hij moest elke dag veel langer en harder werken, want alles was zoveel duurder geworden de laatste tijd door de verpakkingsbelasting, de BTW-verhoging en de hele dure benzine.

Op een mooie dag was het pensioengeld van oma binnengekomen en Roodkapje ging het geld naar oma in het bos brengen. Moeder had haar duidelijk gezegd dat ze de kortste weg naar oma’s huisje moest nemen, omdat de grote boze ministerwolf ook al het rekeningwandelen had ingevoerd als extra belasting. Roodkapje, die nog niet veel verstand had van geld, zwalkte echter langs de mooiste paadjes naar oma’s huisje terwijl ze luidkeels zong; “ik ga grootmoeders pensioentje brengen in het bos, in het bos…”

De grote boze ministerwolf sloop ook door het bos en had Roodkapje horen zingen. Hij ging vlug naar het huisje van grootmoeder en slokte de grootmoeder op. Toen Roodkapje binnenkwam zat de grote boze ministerwolf in de oude schommelstoel van oma. Roodkapje zag oma zitten en ze zag dat ze was veranderd.

“Oma, waarom heeft u zulke grote ogen?” vroeg Roodkapje.

“Dan kan ik beter zien waar de mensen hun  geld verstoppen.” Zei de grote boze ministerwolf.

“Oma, waarom heeft u zo’n grote neus?” vroeg Roodkapje.

“Dan kan ik beter ruiken als er zaakjes worden gedaan waar ik belasting op kan heffen.” Zei de grote boze ministerwolf.

“Oma, waarom heeft u zo’n grote mond?” vroeg Roodkapje.

“Daarmee kan ik de mensen mooie beloftes vertellen en zo de mensen zover krijgen dat ze hun geld aan mij geven.” Zei de grote boze ministerwolf.

“Oma, waarom heeft u zulke grote handen?” vroeg Roodkapje.

“Dan kan ik meer geld per keer afpakken van de mensen.” Zei de grote boze ministerwolf en terwijl hij dat zei pakte hij het pensioengeld af van Roodkapje en liep vlug het bos in.

Roodkapje was erg geschrokken van de boze ministerwolf, tijdens de verkiezingscampagne leek het toch zo’n vriendelijke wolf te zijn en beloofde hij zoveel moois voor iedereen.

Ze snelde naar de boswachter toe om aangifte te doen van de diefstal. Maar de boswachter zei tegen haar dat de boze ministerwolf gekozen was door het volk en dat hij nu 4 jaar lang mag doen en laten wat hij wil.

En dus keerde Roodkapje terug naar huis met haar hoofd gebogen, want het drong nu tot haar door dat ze nog jarenlang moeilijke tijden zouden hebben.

En wat gebeurde er met de boze ministerwolf zul je je afvragen, wel hij leefde nog lang en gelukkig.

 
 
   

Free Visits Counter